Actie Abonnement Aardappelwereld magazine (Gratis Aardappel Kookboek t.w.v. 15 euro)
De potentiële opbrengst is de opbrengst die het gewas theoretisch haalt, als alle productiebepalende abiotische groeifactoren zoals CO2, zonnestraling en temperatuur op hun maximale vermogen worden gebruikt en niet belemmerd zijn tijdens de groei.
De plantenkenmerken zoals gewaslaatheid of -vroegheid passen precies bij de lengte van het seizoen en de gewasarchitectuur is zodanig dat maximale straling wordt onderschept door het seizoen zonder dat verwelking of legering optreedt. Van water en voedingsstoffen wordt aangenomen dat ze in voldoende mate dus in niet-beperkende mate aanwezig zijn. Zulke opbrengsten zijn theoretisch, ze zijn berekend met het gewasgroeimodel waarin alleen de optimale parameterwaarden in de formules zijn ingevuld.
Het verse knolgewicht O in g/m2 hangt af van de hoeveelheid zonnestraling die wordt onderschept S in MJ/m2 met een doelmatigheid van stralingsbenutting (DSB) van 1,25 g drogestof per megajoule globale straling. De oogstindex (HI) op het eind van het gewas is 0,75 g knol/g totale biomassa. De drogestofconcentratie (DSC) als aandeel gram drogestof/g verse knol is omgekeerd evenredig aan de verse opbrengst, dus een lager drogestofgehalte leidt tot hogere opbrengsten aan vers knolmateriaal. Wanneer we deze drie factoren in ogenschouw nemen, dan geldt de volgende vergelijking:
Als het gewas bijvoorbeeld 1500 MJ/m2 straling opvangt gedurende het hele seizoen en knollen bevatten 20% drogestof, dan is de verse knolopbrengst O gelijk aan 7031 g/m2 gelijk aan 70,31 t/ha.
Deze vergelijking maakt het mogelijk om de potentiële verse knolopbrengst te berekenen. Dit ervan uitgaande dat de meteorologische gegevens (gemiddelde dagelijkse temperatuur in °C en zonnestraling in MJ/m2) beschikbaar zijn. Bovendien is er nog meer invoer in het model nodig zoals de pootdiepte en de data van het poten en het einde van het gewas.
Evenementen
©2015 - 2024 Aardappelwereld | Ontwerp en realisatie COMMPRO