Redactie Aardappelwereld

Al sinds het moment dat in de meeste aardappelschuren het proces droging en inkoelen van de aardappelen achter de rug is, kabbelt het bewaarproces vrijwel probleemloos door. Bij de ene teler duurde het ‘voorwerk’ wat langer dan de andere, maar begin dit jaar was de productconditie nagenoeg overal volledig onder controle. Hetzelfde gaat op voor handelingen rondom de kiemremming. Knollen vertonen deze bewaarperiode weinig kiemlust en de eerste tekenen van nieuw leven kwamen pas laat aan het licht. Inmiddels zijn op alle partijen de nodige behandelingen met kiemremmers uitgevoerd. Bij een middel als Restrain is dit een continuproces, bij andere middelen een kwestie van herhalen. Van belang daarbij is om de geadviseerde intervallen en doseringen volgens het etiket op te blijven volgen. Eventueel oprekken daarvan vergroot de kans dat kieming alsnog versneld op gang komt en al gauw onbeheersbaar is aan het eind van een (lange) bewaarperiode. Vaak zijn ter compensatie ook hogere doseringen nodig, wat zowel hogere kosten als bewaarverliezen met zich meebrengt.

Benut koele nachten

Het voordeel van het huidige droge en zonnige voorjaarsweer is dat het overdag weliswaar relatief warm is, maar dat de nachten nog behoorlijk koel zijn. Daardoor is het mogelijk om in cellen zonder mechanische koeling het product redelijk goed op de gewenste bewaartemperatuur te houden door die koude nachtlucht te benutten. Bij gezond en droog product is soms een kwartiertje ventileren al genoeg. Komt af en toe nog een rotje voor in de cel, dan zal al gauw een half uur aan draaitijd nodig zijn. Wat dit jaar wel sterk afwijkt van het vorige is de bakkwaliteit. Dat is al een paar maanden zichtbaar en ook eerder aangestipt in deze bewaarcolumn. Voor wie aardappelen heeft die het bakproces in gaan is het daarom raadzaam met regelmaat de bakkwaliteit te monitoren. Raadpleeg daarvoor ook de afnemer om, wanneer de bakcijfers oplopen, tijdig te kunnen besluiten het product nog zonder problemen te laten verwerken. Wees beter te vroeg dan te laat, want dat uitstel kan veel geld kosten.

Bak ook zelf

Een friteskleur van 0 tot 2,5 punten valt nog onder de noemer zeer goed. Verder hoort het aantal frites in de twee hoogste kleurklassen ‘bruin’ beperkt te zijn, in elk geval minder dan 20 procent. Afnemers en verwerkers controleren na het bakken van de monsters eveneens in welke mate elk fritesstaafje heterogeen kleurt. Gedeel­telijke bruinverkleuring duidt op een ongelijke drogestofverdeling in de aardappel. Fritesstaafjes met donkerbruine uiteinden signaleren suikers in de top. Dat is het geval wanneer de uiteinden van de verwerkte aardappelen glazigheid vertonen. Om niet helemaal onvoorbereid te zijn op de bakuitslag van de afnemer, is het raadzaam eerst zelf de proef op de som te nemen. De eigen monstername is dan ook te gebruiken als vergelijkingsmateriaal. ●

Het bewaren van aardappelen is een vak apart en vereist veel kennis en ervaring. In deze Bewaarcolumn delen vier ervaren bedrijfsadviseurs van Delphy bij toerbeurt actuele bewaartips met lezers van Aardappelwereld magazine. Dit keer een bijdrage van Niek Vedelaar, werkzaam in de regio Flevoland.

Lees hier ons volledige bewaardossier!