Redactie Aardappelwereld

Signalen van ‘af en toe wat rot’, tot soms ‘onverwacht veel’, komen in vrijwel alle teeltregio’s in Nederland voorbij. Voor telers geldt daarom het dringende advies met regelmaat het kostbare en met zorg geteelde product in de schuur grondig te controleren. Loop dan sowieso altijd alle ventilatiekanalen na om te zien of ergens lekvocht zichtbaar is. Ook is het belangrijk om boven in de aardappelhopen te kijken hoe eventueel aanwezige rotte knollen zich daar ontwikkelen. Graaf op verschillende plekken tot zo’n 40 centimeter diep bij de speurtocht naar eventueel aangetaste exemplaren en laat de gaten na de schouw gewoon open liggen. Dit om bij een volgende controle veranderingen in het beeld op te kunnen volgen. Stelregel is dat knollen die net onder de rotte liggen licht vochtig mogen zijn, daarboven en ernaast mogen ze wat meer vochtig zijn. Om de rotte knollen weg te krijgen zijn lucht drogende acties nodig. Dat kan door met buitenlucht te ventileren dat veel vocht kan opnemen. Wanneer de buitenluchttemperatuur enkele graden lager is dan de binnenluchttem­peratuur lukt dat altijd. Probleem in de voorbije weken was echter dat de situa­tie nogal eens andersom was. Om dan niet voor verrassingen te komen staan is een aantal acties van belang. Allereerst het weer goed in de gaten houden. Zijn warme dagen op komst, probeer dan de koudere die daaraan voorafgaan volop te benutten voor droging. Breng een partij met rotte knollen ook niet te snel omlaag naar de bewaartemperatuur. Zolang de binnentemperatuur nog wat hoger is, heb je meer kans op bruikbare droogmomenten bij hogere buitentemperaturen. Ons advies is om tot half december de temperatuur nog wat hoger te houden op zo’n 11 tot 12 graden Celsius en dan richting half januari de knollen op bewaartemperatuur te brengen. Koelen met de handrem erop, zo omschrijven we deze werkwijze. Zijn alle knollen in de bewaarruimte gezond, dan is de partij uiteraard al eerder naar de bewaartemperatuur te sturen.

Kieming vroeger op gang

Waar we in deze tijd ook aandacht voor vragen is condensvorming, zowel op het product als de constructiedelen van de bewaarcellen. Let daarop bij de controle­rondes in de schuren. Het beste is om de condensven­tilatoren al aan te hebben staan, voordat condens zichtbaar is. Dat is een kwestie van de ontwikkeling van temperatuur en luchtvochtigheid goed in de gaten houden via sensoren en weerberichten. Voor sommigen zijn de genoemde acties gesneden koek, maar nog altijd komen we situaties tegen waarbij telers te laat zijn met ingrijpen. Computer­programma’s helpen, maar ze baseren hun werking op instellingen die door de teler en/of adviseur zijn ingebracht. Zijn die niet correct, dan gaat het snel mis in de bewaring. Nog een factor om alert op te zijn op dit tijdstip is de kieming. Het lijkt erop dat de kiemrust dit seizoen wat korter is dan normaal. We raden daarom aan de kieming nauwgezet in de gaten te houden en hiermee op tijd te starten. Voor het gros van de partijen zal dit inhouden, start de eerste behandeling rond half december, vanaf nu dus. Zeker bij gebruik van een middel als 1,4 SIGHT. Voor middelen met een contactwerking is het wachten op het verschijnen van de eerste witte kiempuntjes op de knollen. Wat soms ook meespeelt in de snellere kieming is dat op nogal wat percelen de veldbehandeling met MH niet volledig geslaagd is. Dat is bijvoorbeeld het geval geweest in percelen met een wisselende gewasstand. ●

Het bewaren van aardappelen is een vak apart en vereist veel kennis en ervaring. In deze Bewaarcolumn delen vier ervaren bedrijfsadviseurs van Delphy bij toerbeurt actuele bewaartips met lezers van Aardappelwereld magazine. Dit keer een bijdrage van Niek Vedelaar, werkzaam in de regio Flevoland.

Lees hier ons volledige bewaardossier!